Onzinnetjes 251 t/m 450

Onzin betekent volgens het woordenboek dwaasheid, dwaze taal, gekkigheid, kul oftewel nonsens. Zo heb je o.a. aperte (overduidelijke) onzin, baarlijke (onverhulde) onzin, blatende onzin, klinkklare onzin, liederlijke onzin, pertinente onzin, je reinste onzin en onzin die je kunt uitkramen of uitslaan. Hier gaat het om totaal onzinnige zinnetjes die nergens voor nodig zijn, maar die wellicht aan jouw gezicht een grijns of een glimlach ontlokken en dan is het doel van deze onzin al volledig bereikt...
Een onzinnetje met schuine letters komt uit onze eigen dikke duim en anders uit onbekende bron.

251
Onze weermannen en weervrouwen voorspellen al jaren Maxima.

252
Ik eet het liefst een eitje bij het ontbijt, omdat een gegrild nijlpaard mij 's morgens iets te machtig is.

253
Soms hoor je merkwaardige dingen als je je eigen gedachten afluistert.

254
Toen mijn vader bij mijn moeder inbrak moest ik negen maanden zitten.

255
Zij wisten de zonnende sterren tot kalmte te manen.

256
De jachthond vraagt zich af wat een dubbel loops jachtgeweer is.

257
Er zijn drie soorten mensen; mensen die kunnen tellen en mensen die dat niet kunnen.

258
Het overstekende wild wilde de weg afsteken en dacht dat het doorgestoken kaart was dat
het deze uitstekende opsteker in de vorm van een aansteker kreeg.

259
We hebben geen gulden meer. We hebben nu de Euro, Pa!

260
Kringloop van de angst: De muis is bang voor de kat, de kat voor de hond, de hond voor zijn baas, de baas voor zijn vrouw en de vrouw voor de muis.

261
Meisjes in Aalsmeer krijgen van hun elders wonende verloofdes zelden of nooit bloemen, want wie neemt er nu haring mee voor zijn vriendin in Scheveningen?

262
Als ik de koeien in de wei zie staan denk ik dat ik geen leren bankstel wil hebben, want twee van die gele labels aan je bank vind ik geen gezicht.

263
Als blikken konden doden hadden ze er geen erwten in gedaan.

264
Een cirkel is een ronde lijn, gesloten en zonder hoeken, opdat men niet kan zien waar ze begint of eindigt.

265
Ik ben met een flinke gang in de gang aan de gang.

266
Openbaar vervoer is iets wat je brengt van een plaats waar je niet bent, naar een plaats waar je niet naar toe moet, op een moment dat het je niet uitkomt.

267
De gemiddelde Nederlander maakt zich pas druk over milieuverontreiniging, wanneer de kwaliteit van zijn televisiebeeld er onder te lijden gaat krijgen.

268
Het schip liep veel te hard van stapel.

269
Als mijn knap volgeladen knappe knapzak knapt, geeft dat een knappe bende.

270
Als ik een computer was bleef ik mijzelf resetten.

271
Het geboortecijfer is het laagst in het bejaardenhuis.

272
Ik blijf opstaan tot ik er bij neerval.

273
Reeds in zijn jeugd was Alexander de Grote het enige kind van zijn ouders.

274
"Zuster, mag ik een steek?" "Dat kunt u beter niet doen, u bent er net aan geopereerd."

275
Het openbaar vervoer was voor mij zeker geen openbaring.

276
Tot zijn grote geluk wist mijn grootvader niet dat de operatie mislukt was en dat hij niet wakker zou worden uit de narcose.

277
Niet alles wat telt kan geteld worden en niet alles dat geteld kan worden telt.

278
Ik houd van juf omdat ze dezelfde vrolijke ogen heeft als onze dwergpoedel.

279
"Madeliefje" is de baby van een zorgzame vliegenmoeder.

280
Schat, laten we de kinderen wegdoen, de kat is er allergisch voor.

281
Mijn voet is aan de beterende hand.

282
De muizendokter heeft het druk, want veel muizen vallen.

283
Hij zei dat hij heel meegaand was, ze raakte hem dan ook niet meer kwijt.

284
Rare jongens, die meiden.

285
De eerste Piratenzenders hadden nog disc-jockeys met één oog en een houten been.

286
Hoewel ik geen kinderen heb gekregen, ben ik toch weer ouder geworden.

287
Vader drinkt graag bier, moeder melk.

288
Mijn oom en tante stierven beide helaas zonder de hulp van een dokter.

289
Toen ik terechtstond, ben ik krom gaan staan.

290
Afvallen doe je altijd ergens van.

291
Els beukte een kastanje stuk op een berk, naast een den.

292
Vrouwen kosten in Afrika heel wat geld, hier zijn ze niets waard.

293
Een zoogdier is een dier met een hard inwendig skelet, het is harig en geeft melk. Voorbeeld: een kokosnoot.

294
Een duivenei is een pré-duif. Een dode duif is een postduif.

295
Een schoonheidsspecialiste verschoont mensen.

296
Aaseters lusten wel pap van kaartspelletjes.

297
Een olifant kijkt geen televisie, omdat zijn poten net iets te groot zijn voor de afstandsbediening.

298
Je kunt met minder slaap toe als je dubbel slaapt, door te dromen dat je slaapt.

299
Maar goed dat ik geen vrouw ben, ik zou de hele dag aan mijzelf zitten.

300
Een onzinnige zin kan best uit zinnige woorden bestaan.

301
Een haring heeft een beter leven dan ik, hij heeft tenminste nog eens een uitje.

302
De blonde schuimde alle café's af.

303
Mensen kunnen mieren, maar mieren kunnen niet mensen.

304
Tijdens het bekijken van een tv-programma over bevallende tienermoeders heb ik ontdekt waarom in bijna-dood-ervaringen vaak tunnels voorkomen.

305
Spreken in het openbaar is gemakkelijker met een mobiele telefoon.

306
Het mooie weer is nooit hier, maar altijd daar.

307
Als school belangrijk is, waarom sturen ze mij dan steeds de klas uit?

308
Elke kerst krijg ik pantoffels en ik gebruik die dingen nooit.

309
"Pas maar op voor mij", zei het klontje tegen de biet: "ik ben geraffineerd..."

310
Na vijf uur vergeefs hengelen haalde ik mijn schouders op.

311
Het Nederlands Talen Instituut overweegt cursussen koeterwaals, vissers- en potjeslatijn aan te bieden.

312
Bij processen van terroristen zit de zaal bomvol.

313
Feiten hollen hard, ik loop er altijd achteraan.

314
Na haar verjongingskuur was oma snel weer de oude.

315
Op deur in een ziekenhuis: "De psychiater mag niet gestoord worden."

316
Kijk eens even binnen, want ik heb het gevoel dat ik er niet ben.

317
Kijk eens even buiten, want ik ben nog lang niet binnen.

318
Ik wil ook wel eens binnen zijn, want ik sta overal buiten.

319
Heeft iemand misschien mijn stressballetje gezien?

320
Toen jij met de trein aankwam, viel ik van mijn geloof af.

321
Ik ben niet zo klein als ik er van buiten uitzie.

322
De politieagent kocht nieuwe schoenen, hij heeft ze meteen aangehouden.

323
De Salomonseilanden zitten vol wijze oude mannen.

324
Ik heb zoveel spijt als er haren op mijn kale hoofd zitten.

325
U ligt in het ziekenhuis? Dat is jammer, onze hond is vannacht ook overleden.

326
De Groninger boeren behoren tot het ras der blaarkoppen.

327
Toiletpapier? Daar heb ik schijt aan.

328
Ik heb een bril nodig, zei de kapper gekscherend.

329
De piloten hadden staatsloten.

330
"Voorzichtig hoor", zei tante Jo, "mijn parketvloer is spiegelglad". "Geeft niet tante", zei Ko, "ik heb spijkers onder mijn schoenen".

331
Wat hoor ik toch? Oh, dat is Martin Gaus, die staat z'n hond weer eens af te blaffen.

332
Op de markt is je euro een daalder waard.

333
Montignac: Een dik boek over vermageren.

334
De agent vroeg: "Wie heeft het gedaan?", maar deze vraag werd door de aanwezigen als inbreuk op de intimiteit gezien.

335
De hond gooide de stok weg, maar geen mens ging hem halen.

336
Het eten van slakken kan leiden tot een onthutsend snelle stoelgang.

337
Ik kan mijn geldboom geen water geven omdat de geldkraan is dichtgedraaid.

338
De ondersteunde ligt thans te hoesten op advies van zijn dokter.

339
Voetballers kunnen soms zo lekker koppig zijn.

340
De vrouw lag onder de deken, de deken werd uit de kerk gezet.

341
Al heb je nog zo'n stomme vader, ik blijf toch je vriendje.

342
"Verdraaid zuster, wat ziet u er leuk uit vandaag." De zuster bloost en dat wil wat zeggen, want een geranium is al rood, snap je wel?

343
De klok wordt vaker opgewonden dan mijn vrouw.

344
Doen die olifanten eigenlijk wel eens wat? Nou wat dacht je, emmers vol.

345
Voetballers die om bekers bekeren, bekeren zich zelden.

346
Als ik m'n tank heb volgegooid, is de benzine meer waard dan mijn auto.

347
Toen ik een vlieg wilde doodslaan raakte ik een lichtmast.

348
Ik kan die lucht van gebakken lucht niet luchten.

349
Je moet wel gek zijn om naar een psychiater te gaan!

350
Het schilderij kwam niet goed uit de verf.

351
De drollen drijven door de gang, daar moet ingegrepen worden.

352
Als ik het hout loog, spreek ik de waarheid.

353
Vandaag moeten we oppassen, de dokter heeft vader meer beweging voorgeschreven.

354
Wilt u het zaakje van mijn buurman eens goed onderzoeken, want volgens mij er zit een luchtje aan.

355
Als ik mijn banaan naast de pruim van de buurvrouw leg en de buurman komt thuis, moet ik hem peren.

356
Het grote verschil tussen advocaten en vampieren is dat vampieren alleen 's nachts op bloed uit zijn.

357
Ik kijk niet scheel, mijn ogen zijn alleen wat naar elkaar toe gegroeid.

358
Wij nemen kinderen omdat we maar niet kunnen beslissen welke vaatwasmachine we willen kopen.

359
Studeren kost veel geld en dan studeer ik nog niet eens erg veel.

360
In de stad zijn de huizen erg hoog en zo dicht op elkaar gebouwd, dat men er niet tussendoor zou kunnen als er geen straten waren.

361
Kerst is voor ons de gezelligste tijd van het jaar, we pieken dan en hangen onze ballen in de boom.

362
Er is slecht weer op komst, de olifanten vliegen laag.

363
Mijn familie bestaat uit mijn vader, mijn moeder en mijzelf. Ik ben de jongste.

364
Ziek zijn is als seks hebben; gewoon op je rug gaan liggen en wachten tot het voorbij is.

365
Toen na lang wachten de bus eindelijk kwam, raakte ik daarvan openbaar in vervoering.

366
Als jij nou ophoudt met denken, scheelt dat mij een hoop werk.

367
Vakantie? Moet ik weer drie weken m'n buik inhouden.

368
Hij voerde oorlog in zijn schild.

369
De hond blafte de hele avond door en met de kat was hetzelfde het geval.

370
Vroeger zat ik op school, ik kon toen kennelijk goed klimmen.

371
Het varken verdient zijn naam, want het is er één.

372
"Ik probeerde haar te nemen", zei de kale man.

373
Tijdens de Gay Games deden de pottenbakkers bijzonder goede zaken, het aantal pottenkijkers overtrof zelfs de stoutste verwachtingen.

374
Een orgeldraaier heeft het moeilijk, die dingen zijn namelijk reuze zwaar.

375
Aan de ene kant ben ik in verwachting en aan de andere kant regent het in.

376
Sleur is net zoiets als een coma, alleen kun je er niet bij blijven liggen.

377
Ik heb mijn hond parttime beschikbaar gesteld aan een blindeninstituut; als halfgeleider.

378
Je moet het spek niet op de kat binden.

379
Een "nurk" is een gek die niet normaal is.

380
Een olifant met een beetje durf, doet het met z'n slurf.

381
Het wordt tijd dat wij de koe bij de uiers vatten.

382
De beste drinkers zijn smurfen, die zijn altijd blauw.

383
Die Maarten moet zo langzamerhand een aardige pijpenverzameling hebben.

384
U bent niet dom genoeg om hier te kunnen werken.

385
Een prostituee is een vrouw die munt uit haar kruis slaat.

386
Laten we in dat mooie boek over de herfst bladeren.

387
Ik was laatst bij een vechtpartij, breekt er opeens een voetbalwedstrijd uit!

388
Ik geloof dat ik het zeker weet.

389
Vroeger deed ik een hoop op de kachel, nu moet ik het op gas doen.

390
Hij zal nog eens een zware ketting roken.

391
De toekomstige president is bij voorkeur iemand zonder verleden.

392
Ik heb mij kotselijk vermaakt.

393
Hij stuurde alle bomen de laan uit.

394
Ik ben heus niet iemand die zijn gas zomaar laat vliegen.

395
Je maakt mij echt niet wijs dat wolven grootmoeders opeten, daar is simpelweg niet genoeg knoflooksaus voor op aarde.

396
Het opwindende nachtleven van een leraar bestaat uit het nakijken van proefwerken.

397
Leen nooit een boek aan een boekhouder.

398
Polders lopen wel eens onder, maar nooit boven.

399
Als we geen succes hebben, lopen we grote kans dat het een mislukking wordt.

400
"Ha ha ha", lachte de graaf in het Spaans.

401
Bij mijn buurman heeft diep graven geen zin, alles is bij hem oppervlakkig.

402
Ze probeerde het record paalzitten te breken, maar ze ging van haar stokje.

403
De narcistische tulpenkweker kon het uiteindelijk niet meer bolwerken.

404
Te hard rijden is alleen maar mogelijk op wegen waar een snelheidslimiet geldt.

405
Met een verwaande kwast is het moeilijk schilderen.

406
Het gebruik van Viagra in combinatie met ijzerhoudende voedingssupplementen
is af te raden. Het veroorzaakt draaierigheid en een sterke drang in de onderbuik
om naar het noorden te wijzen.

407
De mummie bleek een ingewikkeld persoon te zijn.

408
Sommige mensen hebben voor elke oplossing een probleem.

409
Laat het mij alstublieft weten indien u dit schrijven niet ontvangen  hebt.

410
Alles wat ze zegt neem ik voor zoete koek aan. Ze zegt echter zoveel dat ik binnenkort een eigen koekwinkel kan gaan openen.

411
Ach ja, de één spaart postzegels en de ander pinnetjes van handgranaten.

412
Wat niet op de achterkant van een bierviltje past, is het noteren niet waard.

413
Geloof kan ik je niet schenken. Bier wel, maar dat drink ik liever zelf op.

414
Intussen is het loopgips van mijn rechter arm verwijderd.

415
Aan de naam te zien kun je in stripboeken lezen hoe je je moet ontkleden.

416
Voor mijn eerste ongeluk en na mijn laatste heb ik altijd schadevrij gereden.

417
Als de stadionkat van huis is, dansen de voetbalveldmuizen.

418
Iedereen kan zelf nadenken, maar de meeste mensen blijft dit gelukkig bespaard.

419
Voortaan wat langer op het toilet blijven zitten scheelt een hoop.

420
"Wasvrouw" is de benaming voor een vrouw die de was doet of die van een transgender.

421
Twee personen kunnen exact dezelfde taal schrijven, maar twee totaal verschillende talen spreken.

422
Laat je kinderen knoflook eten, dan kun je ze in het donker altijd terugvinden.

423
De vrouw droeg altijd een rok of een jurk, maar toch had ze de broek aan.

424
Trappen gebruik je de ene keer om hogerop te komen en de andere keer om een fiets voort te bewegen. Ook kun je trappen geven of krijgen. Probeer alleen niet in hondenpoep te trappen.

425
Daar is de kabouterboom. Nu nog even een vriendelijk feestgezicht zetten en dan maar aankloppen.

426
Al draagt een aap een gouden ring, het blijft een aap.

427
De Vlaming was gebelgd.

428
Toen de man voor het vuurpeloton stond, schoot hem wat te binnen.

429
Bericht aan de regering: Ik heb ook geen geld,  maar daarom ga ik het nog niet van anderen pikken.

430
Voor de gein ga ik met de trein. Nu ben ik echter goed zuur, want het is afschuwelijk duur.

431
Toen de klok stilstond, wist ik al hoe laat het was.

432
De ster sprak de waarheid, maar de astroloog.

433
Ik ben niet arrogant, ik ben de beste.

434
Heb je behalve goedkoper ook slechtkoper?

435
Na de wandeling met zijn eigenaar kwam de hond uitgelaten binnen.

436
Ik ben in de zevende hemel; de andere zes wilden me niet.

437
Zelfontplooiing is wellicht ook goed voor je rimpels.

438
Jij bent de vrouw van mijn dromen en dat wil ik graag zo houden.

439
Als ik als vegetariër te snel eet, bestaat de kans dat ik groenteboer.

440
Er is weer helemaal niemand die op mijn cabriolet.

441
Bij het opstaan hou ik van mensen; rond het middaguur wordt dat een stuk minder.

442
Beslissen is het aantal mogelijke vergissingen reduceren tot één.

443
Een elektrische deken en een elektrische fiets zijn niet zo dodelijk als een elektrische stoel.

444
Kwaakt de kikker en springt de vis, dan verandert het weer of blijft het zoals het is.

445
Ik ben niet kaal, alleen is het haar mijn nek ingegleden.

446
Recht is iets kroms dat verbogen is.

447
Valt de regen door het huis, dan is er iets met het dak niet pluis.

448
Beter een halve gare dan uitgekookt.

449
Als de wekker gaat, zit je zonder.

450
Niets zo treurig als een echo die in de put verdronken is.

©1996-2060 WPA