Onzinnetjes 1 t/m 250

Onzin betekent volgens het woordenboek dwaasheid, dwaze taal, gekkigheid, kul oftewel nonsens. Zo heb je o.a. aperte (overduidelijke) onzin, baarlijke (onverhulde) onzin, blatende onzin, klinkklare onzin, liederlijke onzin, pertinente onzin, je reinste onzin en onzin die je kunt uitkramen of uitslaan. Hier gaat het om totaal onzinnige zinnetjes die nergens voor nodig zijn, maar die wellicht aan jouw gezicht een grijns of een glimlach ontlokken en dan is het doel van deze onzin al volledig bereikt...
Een onzinnetje met schuine letters komt uit onze eigen dikke duim en anders uit onbekende bron.

1
Soms komt bij mij de gedachte op dat ik voor het geluk geboren ben, maar als ik dan weer eens de voor mij vanzelfsprekende pech onderga, weet ik dat ik na het geluk geboren ben...

2
Volwassenen willen eigenlijk kinderen blijven, het beste bewijs is dat ze spelen, maar niet zo vaak meer; eens in de vier jaar spelen ze met vijf ringen en met vuur.

3
Geld is de sleutel die op elk slot past... Vreemd genoeg gaat de deur niet open als ik een eurootje in het slot ram.

4
Voor de vaders van kinderen die hun speelgoedautootjes nooit opruimen brengt Matchbox mooie, pedagogisch verantwoorde, miniatuur wielklemmetjes op de markt...

5
Sjonge, wat heb jij toch een enorm grote neus. Ben ik even blij dat de bakker jouw amandelen niet in z'n marsepein verwerkt, gelukkig neemt hij die gok niet.

6
Een haan is een dom dier, want hij heeft altijd een kam bij zich, maar geen haar.

7
Als je in de hooimaand hooikoorts hebt, tranen je ogen dermate dat het niet ondenkbaar is dat je heel weinig ziet, waardoor je met een hooiwagen een hooiberg inrijdt, waar je je vervolgens prikt aan de speld die je niet zocht.

8
Het zal me zo een zorg zijn, zou mijn zuster Sientje zeggen als ze zondagsavonds zonder centen de zon in de Zuiderzee zag zinken, terwijl ze slurpend sinaasappelsap zonder suiker stond te zuipen. (Bij het hardop lezen, de "Z", de "S" en de "C" slissend uitspreken!)

9
Een raaf heeft geen last van hobbelige wegen, want hij heeft veren genoeg.

10
"Dag meneer, u hebt wel een beetje verkalking." "In het geheugen?" "Nee, in de bloedvaten." "Gelukkig, da's beter dan in 't geheugen."

11
Ik ga niet meer met de lift, want die gaat alleen maar op en neer en er zijn nu éénmaal activiteiten die ik liever zelf doe.

12
Het vorstenpaar maakte een rijtoer en zwaaide naar alle mensen. Nuja, niet naar alle mensen natuurlijk, want dan zouden ze vorstelijk lamme handen krijgen.

13
De insteek van het uitstekende verhaal over iets dat ontsteekt, is dat je er iets van opsteekt.

14
Pythagoras schreef veel over wiskunde dat je voor je eigen bestwil moet weten, we hebben het geluk dat hij maar kort geleefd heeft.

15
Als kippen simultaan hun uitwerpselen lozen, kun je dus zeggen dat kippen bouten.

16
Griep wordt vreemd genoeg altijd in verband gebracht met pyromanie, want van grieppatiënten wordt vaak gedacht dat ze andere mensen aansteken.

17
Een kangoeroe springt heel erg ver, maar hij zou nog veel verder kunnen springen als hij vier in plaats van twee achterpoten had.

18
Met veel misbaar maakte de man een laakbaar gebaar, liep tegen een vuist op en nu ligt hij op een draagbaar.

19
De aap onderscheidt zich van de mens door het ontbreken van de spraak, want als hij zou kunnen zeggen: "Ik ben een aap", dan was hij een mens.

20
Van veel alcohol worden sommige mensen vrolijk, maar anderen depressief. Degene die er vrolijk van worden zijn de horeca-exploitanten. De klanten die straks de gepeperde rekening moeten betalen worden depressief.

21
Pas als een dokter ons dood heeft verklaard, kunnen wij overtuigd zijn van het feit dat wij ook werkelijk dood zijn.

22
Mijn geheugen is nog goed, maar ik kan zo slecht onthouden.

23
Totdat de zendelingen kwamen aten de kannibalen elkaar op.

24
De mens schijnt tijdens zijn leven de vraag: "Waarom zijn wij op aarde?" niet te kunnen beantwoorden en daarom stelt hij maar na zijn dood de vraag: "Waarom zijn wij in de aarde?"

25
Elke keer als ik een misstap maak, krijg ik weer dat onmiskenbare kerkgevoel...

26
Het zeer gewilde wild wilde alleen maar ontsnappen om niet als aangeschoten wild in een wildschotel terecht te komen, want het had al een andere afspraak voor de feestdagen...

27
Zeven haringen zijn voldoende om een huzarenslaatje te produceren voor een gezelschap van negen huzarenslaatjesminnende personen. Deze worden van te voren goed schoongemaakt, de huid wordt er in z'n geheel vanaf getrokken en ze worden enige tijd in de week gelegd.

28
Een voetbal onder een olifant is als een erwt onder een prinses.

29
De haan is onmiskenbaar de baas in het kippenhok. Elke dag laat hij zijn kippetjes veel eieren leggen, maar hij schijnt er nooit tevreden over te zijn, want zijn kam is altijd rood van kwaadheid.

30
Mijn moeder is een lieve vrouw en zij heeft een rijbewijs.

31
Kom je mij na het weekeinde tegen, dan kun je mij het beste maar opvegen.

32
Zij heeft de haardos van haar geliefde verknipt; dus als er klachten komen over zijn haar, dan moet je bij haar zijn.

33
Het menselijk lichaam stelt maar weinig voor; het wordt bij elkaar gehouden door alle botten en de huid. Als wij die niet hadden, vielen wij als een zoutzak neer.

34
Drinkwater mag geen levende organisten bevatten.

35
Mijn hoofd is net een vergiet; vertel mij iets en ik onthoud het niet.

36
Boerin, boeruit.

37
De vermoeide huisvrouw had geen zin meer om te wassen, gooide de handdoek in de ring en hing de vuile was buiten.

38
Als jij denkt dat ik het ver schop, schop ik het nog veel verder.

39
Na veel vieren en vijfen komen veel zessen.

40
Een dier z'n instinct helpt te voorkomen dat ie er instinkt.

41
Spoorbomen sluiten om te voorkomen dat de trein de weg op rijdt.

42
Mijn huis ziet eruit alsof Al Qaida er een nieuw wapen heeft getest.

43
Op een bromfiets mag men slechts één persoon vervoeren en die moet schreiend achteropzitten.

44
We zeggen dat iemand fantasie heeft, als het ons volslagen onduidelijk is hoe dat persoon aan de onzin die hij uitkraamt gekomen is.

45
Als je een neger wilt uitschelden, roep dan: "sukkel, idioot" of iets dergelijks, maar scheld hem niet uit voor nikker, omdat hij een andere huidskleur heeft. Het resultaat is trouwens wel hetzelfde, je wordt in elkaar gebeukt en ervaart op deze manier dat schelden wel zeer doet, maar dan bij jou en niet bij hem.

46
Een oude grijze zak liep met een oude grijze zak naar de weg en zette de oude grijze zak neer en het is maar goed dat de oude grijze zak die de oude grijze zak neergezet had tijdig de thuisreis aanvaardde, want anders had de vuilnisman niet geweten welke oude grijze zak hij moest meenemen.

47
Ik vind mijn tante een vervelend mens, ze is met recht een irritante.

48
De rook van uw sigaret is het afvalproduct van uw genot. Het verpest de lucht en mijn kleding, om over mijn longen nog maar te zwijgen. Ik heb óók een genot! Ik drink namelijk graag een (Belgisch) biertje. Het afvalproduct van mijn genot is warme, heldere, goudgele urine. Hoe zou jij het nu vinden als ik op een stoel zou klimmen en zomaar ongevraagd en zonder toestemming over jouw hoofd ging plassen?

49
Ik hou van levend visaas en kleine witte bloempjes met een geel hart, met andere woorden: Ik heb de made lief.

50
Een beetje giraffe is een lomperik, want hij ziet alle levende wezens over het hoofd.

51
Slechts een vierde van de wereld is land. Europa heeft het geluk hoofdzakelijk op dat vierde deel te liggen.

52
Water heeft een enorme kracht, maar is beter tegen te houden dan winden.

53
Gelukkig discrimineren veruit de meeste "warme" bakkers niet, want ze bakken ze weer bruin, maar ook wit en als het misgaat zelfs zwart.

54
De sjeik moest zo snel vluchten, dat hij slechts het allernodigste mee kon nemen; een paar broden, een pak koffie, een krat bier, een "laptopje" en zeven vrouwen.

55
In principe kunnen alle vogels zingen, maar niet altijd, want ze moeten tussendoor ook nog eieren leggen. Als ze in de winter weg zijn, worden ze door de Italianen opgegeten en als ze weer terug zijn, door de kat. Daarom zou je je er eigenlijk over moeten verwonderen dat ze regelmatig nog zo vrolijk kunnen zingen.

56
Je moet nooit spotten met een vogelspotter die een spotvogel spot.

57
Ik wil geen biefstuk van een rund of een ander beest, ik wil alleen maar biefstuk van de slager.

58
Hield ik maar een winterslaap, dan hield ik niet de hele winter slaap.

59
Het is pas echt koud, als je een advocaat over straat ziet lopen met de handen in zijn eigen zakken.

60
In de Amsterdam Arena wordt zo slecht gevoetbalt; het gras is er kapot van.

61
De koe is een zoogdier, waarvan de poten precies tot op de grond komen. De koe is geen os en legt ook geen eieren, zoals kippen. In haar kop zitten meestal twee ogen en ze heeft twee lange ezelsoren. Het binnenste wordt opgegeten en van het buitenste maakt de schoenmaker leer. Het jong van een koe wordt geen koe genoemd en daarom noemt men het maar kalf.

62
In de winter kan het koud zijn, veel oude mensen sterven en veel vogels vertrekken ook naar warmere streken.

63
Klikken wordt doorgaans niet gezien als een goede activiteit, laat staan dubbelklikken.

64
De mens is de dieren in vele opzichten de baas, ofschoon sommige dieren beter ruiken.

65
Amsterdam die grote stad, is gebouwd op palen. Als die nu eens omvielen, wie zou dat betalen?

66
Als ik jou zie zitten, hoop ik dat jij mij ook ziet zitten, maar als jij mij niet zit zitten, laat ik jou staan.

67
Elke maand is het nieuwe maan, maar dat is maar bij wijze van spreken, want in werkelijkheid is het iedere keer weer dezelfde oude maan.

68
De molenaar maalde er niet om. Hij was toch malende en kletste alles dat recht was, krom.

69
Ik heb nog nooit zo'n arrogant paard gezien. Hij is behoorlijk over de man getild.

70
Hoeveel sterren je ziet hangt af van de helderheid van de lucht of van de kracht waarmee je geslagen bent.

71
Geef mij maar twee katten. Da's goed, heb jij terug van een olifant?

72
Mijn stamboom staat als een boomstam.

73
In de herfst vliegen de ooievaars naar het zuiden, omdat de Afrikanen ook kinderen willen hebben.

74
Je koopt reisboeken over de reis die je wilt boeken.

75
Het gras is groen, geel of bruin. Het groene weet heel weinig, het gele weet veel en het bruine wist te veel.

76
Appels en peren hebben schillen en geen veren.

77
De slak en de zwaluw helpen de tuinman de insekten op te eten.

78
Deze brief is nogal lang uitgevallen omdat ik geen tijd had om hem in te korten.

79
Als ik een olifant was kon ik dik en rond zijn zonder dat mensen mij telkens op dat feit willen wijzen.

80
Honden zijn vlugger oud dan mensen, in minder dan twee maanden zijn ze een jaar oud.

81
Jantje zag eens pruimen hangen, oh als eieren zo groot. Er viel er één op zijn hoofd en het struif liep in zijn nek. Toen zag hij pruimen hangen. oh als kokosnoten zo groot. Weer viel er één op zijn hoofd, maar nu is Jantje dood.

82
Sommige mensen kunnen aan de zon zien hoe laat het is, maar het is mij helaas nog nooit gelukt de cijfers te lezen.

83
Een groot voordeel van het koningschap boven een president is, dat veel koningen dezelfde voornaam hebben en je alleen maar hoeft te onthouden, wat na V, VI, VII, VIII, enzovoort komt.

84
De koekoek is een vogel die zijn eieren door andere vogels laat leggen.

85
Men zegt wel eens dat de geschiedenis zich herhaalt. Dat is erg gemakkelijk voor de geschiedschrijvers, dan hoeven ze alleen maar de jaartallen te veranderen.

86
Mijn vader dronk veel, hij is gestorven en mijn moeder heeft mij verboden hetzelfde te doen.

87
Als mijn computer nou eindelijk eens zou begrijpen wat ik bedoel, zou het net een mens zijn, maar wel met het voordeel dat hij opnieuw te starten of uit te zetten is.

88
Als je na de bliksem gezien te hebben de donder hoort, kun je berekenen hoe dichtbij de onweersbui bij jou is. Als je de donder niet meer hoort, ben je getroffen door de bliksem en hoef je daar niet meer over na te denken.

89
Sommige domme bijgelovigen denken dat het even gevaarlijk is onder een ladder door te lopen dan een zwarte kat te zien.

90
Hamsters dragen hun eten in hun zak en hun zak in hun wangen.

91
Het lijkt mij mieters, mijters te dragen.

92
Ik vind juf lief, mijn moeder vindt juf lief, maar mijn vader vindt juf héél lief.

93
Geloven doe ik wel uit mezelf, in mezelf.

94
Koekoeks zijn sociale wezens. Je hoort ze regelmatig vragen of hun gasten koek bij de koffie willen en ze besteden de zorg voor hun kroost uit, zodat ze mensen kunnen vertellen hoe laat het is.

95
En ik zei: "Nou groentenman, als ik net zo melig zou zijn als de peren die u verkoopt, had ik er tenminste nog om kunnen lachen."

96
Op de kaasmarkt in Alkmaar worden veel toeristen aangevoerd.

97
Heel lang hebben de mensen geloofd dat Venus bewoond wordt door vrouwen, draken en andere vreemde schepsels.

98
Er was eens een man die zijn bed wilde verkopen, maar hij werd ziek en moest het bed houden.

99
Het is toch raar dat mijn neus loopt en mijn voeten ruiken.

100
De walvis onderscheidt zich van andere dieren, vooral door zijn onhandige formaat.

101
De hond had de burgemeester en nog enige andere honden gebeten.

102
Er is ook licht aan het begin van de tunnel, dus waarom zou je het dan aan het einde gaan zoeken.

103
Uit een recent onderzoek is gebleken dat treinen niet op tijd rijden, maar op rails.

104
Ik krijg wat van mensen die nooit iets geven.

105
Wie nooit lacht is altijd serieus, wie af en toe lacht is af en toe serieus. Wie vaak lacht, is vaak niet serieus en wie altijd lacht is nooit serieus.

106
Je kunt een vis aan de lijn krijgen door hem te vertellen dat er telefoon voor hem is.

107
Heeft u al ontlasting gehad? Nee zuster, wel een glas melk.

108
Ik zit met handen en voeten in het haar.

109
Mijn tante ging laatst met mij naar de dierentuin. Daar zitten vele apen. Mijn oom was er ook bij.

110
Een vacuüm is een lege plaats met niets erin.

111
Het ontsierende metalen gebitscorrigerende martelwerktuig zit in mijn beugeltas.

112
Hij heeft de klepel gevonden, maar weet niet waar de klok staat.

113
Een stotteraar is alleen alszodanig herkenbaar als ie praat.

114
Al kijk ik naar buiten, ik kijk naar binnen, want achter ons wonen nog twee gezinnen.

115
Ik snap er niets meer van; warme lucht stijgt op, maar hoe hoger je komt, hoe kouder het wordt...

116
Het voordeel van het hebben van een Australische vriendin, is dat je schoonmoeder ook in Australië woont.

117
Tijdens de maaltijd zit onze hond onder de tafel. Na het eten gaat hij mee naar de keuken en vreet de resten van ons op.

118
Als moeder de grote was doet, helpen wij haar. We leggen ze in de korf, dragen ze naar het veld en hangen haar op.

119
Onder de naam Reintje verstaan we een dier dat de vos draagt.

120
De gecremeerde kwam verstrooid over.

121
Helaas is er in ons dorp geen toren en is het dus niet mogelijk de klok te luiden, daarom gaat het er bij begrafenissen en andere festiviteiten zo treurig aan toe.

122
Van alle dieren is de koekoek één van de knapste. Het is een vogel, die zijn eigen naam kan uitspreken.

123
Reeds ruim zes jaar ben ik getrouwd, met een kind van 2 jaar.

124
De kleur van het bloed en die van de liefde is rood. Zou het één gaan vloeien als het andere gaat bloeien?

125
Toen ik thuiskwam zwaaide er wat, ik heb maar rustig teruggewuifd.

126
Ik kies ervoor een tandje bij te zetten.

127
Bij kippen bestaan ziekten waarbij de dieren op de rug gaan liggen en alle vier poten uitstrekken.

128
Ik zou niet graag op de televisie willen komen, want dat geeft zo'n bende.

129
Als een giraffe een lange neus naar ons trekt, zien wij dat niet omdat ie zo hoog is.

130
Menige staande ovatie werd veroorzaakt door een persoon die vlug opstond omdat hij als eerste bij de garderobe wilde zijn.

131
De vierkante meter was paraat, maar zei: "Ik hou mij op de vlakte maat..."

132
Als kiezen kiezen kiezen, kiezen ze geen tanden en die blijven dan achter met lege handen.

133
"Zo", zei de immigrant na zijn bezoek aan een vestiging van Mc.Donalds, "Ik voel me hier al helemaal ingeburgerd"

134
Wie een advocaat opheft en achterover slaat moet wel sterk zijn, want advocaten zijn doorgaans weldoorvoede zware jongens.

135
Voordat was was was, was was is.

136
Een manier om eindelijk de vrouw van uw dromen in uw armen te sluiten: Ga in de trein tegenover haar zitten, tegengesteld aan de rijrichting en wacht geduldig tot er iemand aan de noodrem trekt.

137
Men heeft vaak een hondje op schoot omdat een olifant te groot is.

138
Hoe meer ik leer, hoe meer ik weet. Hoe meer ik weet, hoe meer ik vergeet. Hoe meer ik vergeet, hoe minder ik weet. Dus... waarom zou ik dan nog iets leren?

139
Samenvattend: als het zo doorgaat kan het zo niet doorgaan.

140
Wie iets in de mist mist, mist het zicht om het te vinden.

141
Ik ben voor jou gevallen, languit op de straat. Ik zag je mooie ogen, maar de stoeprand te laat.

142
Weet je waarom konijnen meer plezier in het leven hebben dan mensen? Omdat er meer konijnen zijn. En weet je waarom er meer konijnen zijn? Omdat die meer plezier in het leven hebben!

143
Als u niet rookt, laat ik geen wind. Mocht dit toch gebeuren, dan is het een compromis der geuren.

144
Ik heb me voorgenomen om eeuwig te leven, tot nu toe gaat dat goed.

145
"De maatschappij verloedert", dat zeiden mijn ouders, grootouders en overgrootouders ook al, dus het zal heus wel meevallen...

146
Een Duitser, een Fransman en een Belg komen een café binnen, waarop de verbaasde cafébaas vraagt: "Is dit soms een grap?"

147
Een lantaarnpaal blijkt intelligenter te zijn dan een mens, want bij de eerste gaat veel vaker een lichtje branden.

148
In tegenstelling tot wat de naam suggereert, ontspannen bij het instellen van de zelfontspanner noch het fototoestel, noch de te fotograferen personen.

149
Ik snoof ooit Coke, maar de ijsblokjes blokkeerden mijn neusgaten.

150
Mijn vriendin heeft me bedrogen, vorige week vertelde ze dat ze was vreemdgegaan, maar dat blijkt helemaal niet waar te zijn.

151
Mijn schoonmoeder had pijn onder haar linkerborst; het bleek een gezwollen knie te zijn.

152
Liever in m'n eigen sop gaarkoken, dan in jouw badwater gedoken.

153
Een goed politicus moet de gave hebben om te voorspellen wat er morgen, volgende maand en volgend jaar zal gebeuren en hij moet achteraf ook kunnen uitleggen waarom dat niet gebeurd is.

154
Na aantijgingen van de niet-rokers-belangenvereniging schoot de sigarettenfabrikant uit zijn slof.

155
Gelezen op een urinoir: "Nederlands toekomst ligt in je hand."

156
Er zijn konijnenbouten en konijnenmoeren.

157
Een paard in de wei is een paard en wagen, zonder wagen.

158
Stoppen met roken is eigenlijk net zo moeilijk als stoppen met duimen.

159
Wilt u mijn zoontje alstublieft wat harder aanpakken, ik ben zelf niet het type om hem half dood te slaan, maar het is af en toe wel goed als ze flink voor je trillen, want anders lopen ze over je heen.

160
De keukencomputer maakte er een grote sandwichspreadsheet van.

161
De pas aangestelde directeur stelde zich aan.

162
"Nee" zei de kleuter, "leren lezen kan niet moeilijk zijn, want oma kan het ook al."

163
De vrouw had een dermate groot gebit dat ze om haar eigen tanden heen moest praten.

164
De botjes waaraan je vingers vastzitten heten de middenstandsbeentjes.

165
Een bruin ei is voorgebakken.

166
"Zeg maar kastanu tegen mij", zei de boom die tutoyeren niet zag zitten.

167
Mooie dingen afbreken zal ons nog eens lelijk opbreken.

168
In de middeleeuwen waren er drie standen, de burgelijke stand was het laagst.

169
De burgemeester wist het niet meer, maar gelukkig wist de gemeente raad.

170
De geleerde leerde ons het geleerde aan anderen te leren.

171
Als het vriest durft mijn grootvader niet buiten te komen, hij is bang een arm, been of een ander ledemaat te breken.

172
De filmster is bloot gekleed.

173
De koffiedame bleek een theetante te zijn.

174
Het huis waar hij had ingewoond, was nu helemaal uitgewoond.

175
De reis naar de noordpool ging ons in de koude kleren zitten.

176
Mijn oma is ziek en oud, maar dat gaat wel over.

177
Het internet is hoofdzakelijk "links" ingesteld.

178
Mijn zus had eerst een gewone vrijer, maar nu heeft ze een chauffeur.

179
Wie in een bibliotheek wil komen... moet dat wel heel stilletjes doen.

180
De haan wordt 's morgens wakker door zijn luid gekraai.

181
Na een onfortuinlijke val is de wielrenner uitgevallen. Gelukkig, anders was ie nu nog aan het vallen.

182
De busmaatschappij liet oude bushokjes slopen, want het werd tijd dat ze voor een mooie abri koos.

183
Een kind wordt pas echt groot, als het stopt met vragen waar het vandaan komt, en weigert te vertellen waar het naartoe gaat.

184 
Als een olifant ooit eieren leggen zal, worden ze zo groot als een skippybal.

185
Wie spijkers op laag water zoekt, zal lekke banden oogsten.

186
De makelaar wilde ons niet alleen het huis laten zien, maar ons ook om de tuin leiden.

187
De kaas was zo verlopen dat wij er geen gat meer in zagen.

188
Licht is sneller dan geluid. Daarom zien mensen er intelligent uit, tot je hen hoort spreken.

189
Als wij u met verbanden verbinden, bent u verbonden.

190
De couppleger zal zich als president aanstellen.

191
Ik kan nog niet op mijn werk komen, omdat ik de koorts nog niet onder de knie heb.

192
Wormen wurmen zich de grond in.

193
De lever ligt zuidelijk van de maag.

194
Heeft een muilezel een grote bek?

195
Je dorp heeft gebeld, ze willen hun idioot terug.

196
Hierbij doe ik de uitspraak dat wij na inspraak, in samenspraak tot een afspraak zijn gekomen.

197
Het informatieblad van het leger besteedt veel zorg aan de frontpagina.

198
Hoe heeft het toch zover kunnen komen dat jij alles hebt en ik nog loop te dromen?

199
Een grammaticus die volhoudt dat "een groep vrouwen" enkelvoud is, moet je er maar eens middenin zetten.

200
Het "stof tot nadenken" lag centimeters dik en het spoelde niet eens weg door het speciaal hiervoor bedoelde buitje, wel deed de begeleidende windvlaag veel stof opwaaien.

201
De WC lekt, aangezien wij er met z'n dertienen wonen.

202
De zon voelde zich een ster, was in de wolken en ging als een komeet naar de maan.

203
In het magazijn zat hij bij de pakken neer.

204
Door het invoeren van een uniform kenteken binnen Europa zou men het molesteren van specifiek buitenlandse auto's kunnen voorkomen.

205
De kat plant zich door jongen voort, welke wel negen dagen onzichtbaar zijn. Dan krijgen ze ogen. De oude poes gaat er op zitten, soms vreet de kater ze op.

206
De uitsmijter had de ham nog onder zijn schoenen, de uitjes nog om zijn oren en de gesmolten kaas nog op zijn hoofd.

207
Omdat de soep toch te heet was, blies het blaaskwintet er nog even flink op los.

208
Als Sinterklaas mij dit jaar weer overslaat, zal ik hem eens ontheiligen.

209
Zeggen dat blondines veel zachter van aard zijn dan brunettes is onzin, want mijn vrouw is donker en blond geweest en er was geen verschil.

210
Ik mis mijn ex nog steeds, maar het is er niet meer zo ver naast.

211
Hij heeft de koe horen loeien, maar weet niet waar de uiers hangen.

212
Ping en Pong speelden Pingpong, Ping pingpongde de pingpongbal naar Pong en Pong pingpongde de pingpongbal weer naar Ping.

213
"Zeg Frans, hoe zeg je Frans in het Frans?" "Nou", zegt Frans in het Frans, "Frans in het Frans is Francois."

214
Zijn oren leken wel satellietschotels toen hij het nieuws hoorde.

215
Vroeger wachtte iemand geduldig tot de volgende week wanneer hij de postkoets gemist had. Nu wordt hij al woedend als hij het eerste vak van de draaideur mist.

216
Mijn neef is een nicht.

217
Aan het einde van de dienst liep de pastoor door de kerk heen en weer te zwaaien met een borstel en hij heeft ons allemaal nat gesputterd, terwijl wij hem toch niets misdaan hadden.

218
Mijn vader is boer en hij ruikt net als een koe en als ik in huis een koe ruik, weet ik dat hij weer thuis is en ben ik weer blij.

219
Als je in een leger zit, kun je veel hazen tegenkomen.

220
Wat doet hij met haargroeimiddel?

221
Ik kaal op mijn vijfendertigste? Nee, ik heb haar met karakter... Het valt uit voordat het grijs wordt.

222
Ik kan niet met treinen overweg.

223
Gestoomde makreel? Ik dacht dat dat alleen met jassen gebeurde.

224
Een telegraaf is een ver adelijk persoon.

225
Wie op de deur van een helderziende klopt, is teleurgesteld als hij hem hoort vragen: "Wie is daar?"

226
Ik heb al zo'n 18 maanden niet meer tegen mijn vrouw gesproken, ik wil haar niet onderbreken.

227
Het spinnetje zat in het web, maar deed geen vlieg kwaad. Ze was namelijk vegetariër geworden en wacht nu tot er herfstbladeren in het web waaien.

228
Mijn tante heeft krulspelden in haar haar, omdat een olifant te zwaar is.

229
Onze taal heeft zo langzamerhand duizenden leenwoorden. Wanneer beginnen we eens met teruggeven?

230
Op de TV zijn alleen maar stomvervelende zeep- en spelletjesprogramma's te zien. Misschien wordt het tijd voor een televisiebeeldenstorm.

231
Mijn stofzuiger heeft het begeven, vandaar dat ik deze bezemsteel.

232
Mag ik me even voorstellen... Hoezo? Je stelt helemaal niets voor!

233
Het zadel werd bevestigd om het paardenmiddel.

234
Op mijn hoofd regeert een permanente herfst.

235
In 1815 is Napoleon naar Sint Helena gezonden, daar kon hij nog wat spelen.

236
Ouders zijn niet te begrijpen, eerst leren ze me praten en dan moet ik mijn mond houden.

237
Ik gaf mijn spiegelbeeld een indirecte linkse en die kwam aan als een directe rechtse.

238
Dat ze alle standjes uitgeprobeerd hadden, bleek een misverstandje.

239
Columbus was de eerste uitvinder van Amerika.

240
Al jaren tank ik elke keer "Euro 95", nu hoop ik niet dat ik binnenkort elke keer voor 95 Euro tank.

241
Je kunt een fijnproever tot waanzin drijven door hem uit te nodigen voor een diner en dan ontwijkend te antwoorden als hij naar je hond informeert.

242
Antwerpse middenstanders slikken de hondepoep niet meer.

243
Toen de zakenman op de fles ging, ging hij eraan hangen en raakte zo aan de drank.

244
Na-apen kwamen er mensen.

245
Zij reed zo'n twee jaar lang 1 op 4 in haar oude Volkswagentje, omdat ze, zodra ze instapte, de chokeknop uittrok en haar handtasje eraan hing.

246
De vlinders in mijn buik zijn nooit rupsen geweest.

247
Geef het maar toe: In de file ziet zo'n auto er heel anders uit dan op zo'n zonnig leeg bergweggetje.

248
De oude brandweerman maakte een uitgebluste indruk.

249
Morgen ga ik het halen, vandaag even niet!

250
Toen ik mij rond had gegeten, lachte zij mij vierkant uit.

©1996-2060 WPA